Kijk ook eens op de pagina “Het lichaam en lichaamsvreemde stoffen”

Een rotavirus is een virus dat vooral bij jonge kinderen overgeven en diarree veroorzaakt. Het is een van de ernstigere diarreeverwekkers in deze leeftijdsgroep, omdat de diarree die het veroorzaakt zowel erg besmettelijk als hevig is, en vaak ook lang aanhoudend.

In ontwikkelingslanden overlijden naar schatting 600.000 kinderen per jaar aan een infectie met een van de drie serotypen van dit virus die bij de mens voorkomen.

In Nederland en België is een rotavirus veel minder bedreigend door de betere uitgangstoestand (voeding, weerstand) van de patiëntjes en de mogelijkheid om spoedig in een ziekenhuis door middel van een infuus te worden gerehydrateerd, waardoor uitdroging wordt voorkomen.

De infectie wordt overgebracht door contact met de ontlasting (faeco-orale route, bv. door vuile luiers) of met braaksel van een patiënt waarna opname van het virus door de mond plaatsvindt. Ook is het virus overdraagbaar door handcontact.

Het virus is in staat om uren te overleven, bijvoorbeeld op speelgoed.

Symptomen zijn:

• koorts, hoesten, ademhalingsproblemen en soms diarree. 

Mensen kunnen het virus in principe op elkaar overdragen, maar alleen als ze nauw contact met elkaar hebben.

Er is geen vaccin of specifieke behandeling voor het virus. 

Wetenschappers zijn er voor het eerst in geslaagd de genetische code te ontrafelen van de Zwarte Dood. Ze deden dat met de hulp van DNA-materiaal afkomstig van de tanden van Middeleeuwse lijken die in Londen werden gevonden. De ziekte maakte destijds ontzettend veel dodelijke slachtoffers.

Volgens specialisten is het de voorloper van alle moderne epidemieën. De Zwarte Dood sloeg voor het eerst toe in de 14de eeuw. De verantwoordelijke bacterie werd één van de grootste vijanden van de mens. Die veroorzaakte een infectie die zich tussen 1347 en 1351 via vlooien razendsnel over Europa verspreidde. Ongeveer 50 miljoen mensen bezweken eraan.

Wereldwijd sterven momenteel nog altijd 2.000 mensen per jaar aan de ziekte. 

Tuberculose is een ernstige, soms besmettelijke bacteriële infectieziekte veelal veroorzaakt door Mycobacterium tuberculosis. Deze bacterie is in 1882 ontdekt door Robert Koch. Door gebruik van meerdere daartoe geschikte antibiotica tegelijk is tuberculose tegenwoordig meestal goed te behandelen.

De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) schat dat er in 2008 wereldwijd 9,4 miljoen mensen tuberculose hebben gekregen en dat 1,7 miljoen mensen zijn overleden ten gevolge van deze ziekte. Dit zijn circa 5000 tuberculose-doden per dag. Ongeveer 1/3 van de wereldbevolking is besmet met tbc-bacteriën, zonder ziek te zijn.

Tegenwoordig (2010) zijn er nog steeds ongeveer 1000 tbc-patiënten per jaar in Nederland, bijna de helft hiervan wordt gevonden in de vier grote steden. Iets minder dan twee derde van de Nederlandse patiënten is van buitenlandse afkomst. Dit is niet vreemd aangezien tbc vooral buiten de Westerse landen voorkomt en toeneemt.

 Bij een medewerker van het Juliana Kinderziekenhuis in Den Haag is open tbc geconstateerd. Dat maakte het ziekenhuis woensdag bekend.

De medewerker is per direct met ziekteverlof gestuurd.

Uit voorzorg wordt in samenwerking met de gezondheidsdienst GGD onderzoek gedaan onder patiënten en medewerkers. Zij krijgen informatie per brief.

Virussen behoren tot de oudste levende "organismen" op de aarde. (Het is geen echt organisme)

Ze hebben een “gastlichaam” nodig om te kunnen overleven en te vermenigvuldigen.

Om dat “gastlichaam” niet te snel opmerkzaam te maken, duurt het meestal een tijdje voordat het ziek wordt (incubatietijd). In de tussentijd heeft het “gastlichaam” de tijd andere “gastlichamen” te besmetten. Gaat het “gastlichaam” dood, dan gaat het virus ook dood.

Zo’n “gastlichaam” hoort vaak bij dezelfde soort (vogels->vogels; mens->mens), maar soms “springt een virus over” op een “gastlichaam” van een andere soort. De “vogelziekte” was een voorbeeld.

Het ebolavirus is zeer besmettelijk en zeer dodelijk, en heeft incubatietijd van ongeveer 3 weken. Daarmee is het moeilijk te bestrijden. Besmette mensen moeten niet reizen. 

toevoeging: De uitbraak in 2014 bleef door het vluchtende en toch reizende mensen dus niet beperkt tot bepaalde landen in Afrika.

De meeste virussen kunnen niet (goed) tegen zuurstof en worden dus doorgegeven “in het lichaam” (bijv. het HIV virus) of "aan het lichaam" bijv. door bloed (wondjes bij zowel de drager als de ontvanger). 

Door mutaties (veranderingen in het DNA) kunnen ze echter zodanig veranderen dat ze wél “door de lucht” (airborne) doorgegeven kunnen worden. De griep is wel het bekendste voorbeeld tegenwoordig.

Door niezen, hoesten e.d. komen ze uit jouw lichaam en kunnen ze een ander door de mond of neus (ademend) “binnendringen”.

Dat is ook de reden om mondkapjes te dragen.

SARS (Severe Acute Respiratory Syndrome), is een soms levensbedreigende vorm van longontsteking, waarover tot nu toe nog weinig bekend is. De eerste gevallen verschenen in China eind 2002. De ziekte is besmettelijk, en verspreidde zich naar Hongkong, en van daaruit naar Vietnam, Canada en andere landen. In China zijn gevallen gemeld vanuit vele delen van het land.

De ziekte wordt veroorzaakt door het SARS-virus. De ziekte lijkt in ongeveer 5-15% van de gevallen een dodelijke afloop te hebben. Vooral ouderen zijn kwetsbaar maar voor jonge mensen is de infectie zeker niet ongevaarlijk.

Besmetting vindt niet alleen plaats via de adem, maar vermoedelijk ook via urine, ontlasting en huidcontact. Mensen kunnen ook SARS krijgen door besmet water of voedsel te consumeren. Het virus kan namelijk niet alleen via de longen, maar ook via de nieren, de dunne darm en zweetklieren het lichaam binnen dringen. De meeste gevallen zijn onder de familieleden van patiënten en het medisch personeel dat hen heeft  verzorgd. De ziekte is echter wel duidelijk minder besmettelijk dan de gewone griep.

De Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) heeft vandaag laten weten dat het vogelgriepvirus H7N9 in China geen tekenen van 'aanhoudende mens-op-mens overdracht' vertoont. Volgens de VN-organisatie is het wel van belang de circa 400 mensen die in contact zijn geweest met de veertien mensen die besmet zijn, goed in de gaten te blijven houden.

Het Schmallenbergvirus werd in november 2011 voor het eerst in Duitsland aangetroffen. Het virus komt ook in Nederland voor. Het veroorzaakt ernstige misvormingen bij kalveren en geiten- en schapenlammeren. Deze dieren zijn niet levensvatbaar. De moederdieren raken waarschijnlijk besmet via beten van knutten (soort kleine muggen). Het RIVM onderzocht of dit virus ook bij mensen een infectie kan veroorzaken.

• flivovirussen, waaronder ebola en het marburgvirus.
• flavivirussen, onder meer ademhalingsziekten en sommige tumoren
• herpesvirussen, onder meer verwekkers van waterpokken, gordelroos 
• en koortslip
• orthomyxovirussen, o.a. influenzavirus
• norovirus onder meer veroorzaker van buikgriep
• paramyxovirussen, onder meer verwekkers van mazelen, bof, griep, 
• vogelpest
• papovavirussen, onder meer papillomavirus (veroorzaker van o.a. baarmoederhalskanker)
• picornavirussen, o.a. rhinovirus (verkoudheid)
• , polio, ECHO-virus, hepatitis A
• reovirussen, onder meer rotavirus (diarree)
• retrovirussen, waaronder hiv, de veroorzaker van aids.
• rhabdovirussen, onder meer het virus dat hondsdolheid veroorzaakt.

Prion: infectieuze eiwitten die vaak tot heel ernstige aandoeningen leiden. Voorbeelden hiervan zijn BSE, de ziekte van Creutzfeldt-Jakob, kuru en scrapie

Mazelen (morbilli) is een kinderziekte die veroorzaakt wordt door het mazelenvirus.

 Het is een enkelstrengs RNA-virus. De incubatietijd is 8 tot 14 dagen. Het luchtwegvirus wordt verspreid via de lucht (hoesten, niezen). Het is een zeer besmettelijk virus, dat alleen bij mensen voorkomt.